zaterdag 17 september 2022

Siephonden


SIEPHONDEN ZIJN KRUISINGEN

In de Nederlandse vertaling van Hartmut Mohrs boek staat op blz. 15: “en tenslotte de Nederlandse Siep en de Schapendoes”, een zinsnede die me direct tegen de borst stuitte want Siep is geen Nederlands[i] maar een Drents woord[ii]. Het betekent minderwaardige hond, straathond[iii], kruising en schepershond, maar ook mietje, zeurkous[iv]. Dat Hartmut Siep als Nederlands betitelde, was tevens nieuw voor me, want Toepoel noemt alleen de Schapendoes Nederlands, en herdersdoes en schapenhond als andere namen ervoor. De Zeeuw Peter Noordermeer noemt Siephond in 1982[v] wel, maar als Drentse naam voor Schapendoes, naast Olde Grise, de naam die Jan van den Berg (van de kennel ’t Ruinerveld) waarmerkte als authentiek Drents met een anekdote over een 83jarige Grollooënaar die het in 1965 over een echte Olde Grise had.

 Ook Ria Hörter dacht in haar brochure “Nederlandse Schapendoes” van 2011 dat Siephonden Schapendoezen waren, terwijl Hartmut nu (en dus eigenlijk al in 2003) schrijft dat het juist om de andere soort schepershonden ging. Wat de Siephonden op bijgaande foto’s betreft, klopt dat in elk geval. Beiden noemen ook Olde Grise en herdersdoes weer als namen voor  de Schapendoes. Woorden die in Schapendoeskringen dus al decennialang beschouwd worden als in gebruik geweest zijnde namen voor schepershonden. Toch valt daar in geschreven bronnen vooralsnog geen enkel bewijs voor te vinden. Het WNT kent het woord herdersdoes niet en zet grise weg als Vlaams voor grijs. Het noemt wel andere namen voor ons type hond: Does(hond), Kardoes, Krulhaar, Krulhond, Krulkardoes, Poedel, Poedelhond, Poesbaart, Schaapspoedel, Waterhond en Wolpoedel.

 Over Siephonden vond ik op Delpher.nl 415 artikelen[vi] uit dagbladen, tijdschriften en boeken, van 1862[vii] tot 1987. De oudste vermeldingen staan in de Provinciale Verslagen van 1862 en het Statistisch Jaarboek van het Koninkrijk van 1865, waarin ze een soort kleine windhonden genoemd worden. Verder gaat het vaak om kruisingen van jachthonden met (Drentse?) hazenwindhonden, gebruikt voor de jacht op hazen etc. en zelfs voor windhondenrennen, blijkt uit deze advertentie d.d. 19-9-1931: eerste klas Siephond, zeer snelle looper wegens beëindigen windhondenrennen. In meerderheid staat er alleen dat het een Siephond betreft. Of iedereen wist hoe ze eruitzagen zodat alleen afwijkingen van de norm vermeld werden of dat geldgebrek tot beknoptheid dwong, is onduidelijk. De vele afkortingen in de advertenties duiden m.i. op het laatste. Toch vond ik in de annonces nog informatie over:

Grootte :5x klein, 2x 60, 62, 63, 2x 65, 67, 72, 73, 75 cm.

Oren: 2x staande oren.

Het gebruik9xjacht, 35xvanger van wild, 22xhazen-vanger, 13x goed bij´t geweer, 13xfietshond, 10xap-porteert, 3x schepershond, 5x windhond, 69x snel-looper.

De vachtwit, vuilgrijs, grijsgesteept, grijsgeel, zwart getijgerd, tijgerkleurig, donker, gestroomd, donkergeel, strookleurig, haaskleurig, blauwbont, bont, donker-bruin, roodbruin, bruinbont, gestrengd, stekelharig, kortharig, langharig, ruigharig,gladharig, gladharig met witte borst en pluimstaart, ruwharig met behaarde bek en baard, allemaal 1x vermeld; 32xzwart, 2xzwartbont, 3xzwart met witte poten en voorborst, 3x geel, 6xsnoek-kleurig, 3xblauw, 4xbruin.

Ouders: vader hazewind, moeder legerhond (?), vader Duitse Herder, moeder windhond, half windhond, half setter, vader windhond, moeder setter.

Straathond18 aangelopen en 5 weggelopen honden.

 Siephonden werden wel als schepershond gebruikt, maar schepershond betekent slechts hond van de scheper en niet hoedende hond, wat er op blz. 22 van gemaakt wordt. Schepers gebruikten Siephonden om te stropen en niet voor het hoeden want dat konden ze alleen wel af. Bovendien leverde stropen vaak veel meer op dan scheperen. In de bladenverzameling zijn dezelfde bewijzen daarvan te vinden als in de justitiële bronnen en de uitspraken van de schepers zelf. Zoals:

 De Provinciale Drentsche en Asser Courant d.d. 11-2-1908: Rolde, 8 Februari. Onze schaapherder T. B. had heden 't geluk met zijn kleinen schepershond een mooien rekelvos te vangen in 't veld ten zuidoosten van Rolde.

 De Nederlandse Jager d.d. 8-6-1912: Ook met andere honden kan men zoo den das vangen en vroeger gebeurde dit meer dan thans, door de schaapherders, die op deze wijze een buitenkansje behaalden. De sterke schepershond toch wist niet alleen dassen, maar meermalen ook vossen en wolven te vangen.

 Verder in krantenadvertenties:

11-10-1916: Siephond die best een haas kan vangen

12-4-1919:   snelloopende Siephond vangt elke haas

24-10-1923: snelloopende Siephond, laat geen haas loopen

4-2-1924: snelloopende Siephond, reu, 1,5 jaar, loopt en vangt iedere opgaande haas

29-3-1930: prima Siephond, beste hazenvanger

3-12-1930: prima Siephond kan tegen een haas beloopen

20-6-1931: Siephond, reu, pakt iedere opvliegende haas

5-10-1932: Siephond, 5 maanden oud van puike ouder, vangt beslist iedere opgaande haas

17-11-1932: Siephond, beste hazenvanger

23-2-1938: Siephond, vangt elke opgaande haas, tevens zeer waaksch, 2 jaar

23-9-1949: Siephond, fel op haas

 Op bldz. 17 staat een vertaald citaat van R. Löns (1925)waarin hij uitlegt waarom de schepers afscheid van de “zwartharige Pudel (!)” namen en opmerkt “Als de Schäfpudel niet zo ongelooflijk slim en veelzijdig inzetbaar zou zijn, zou zijn lot waarschijnlijk ook bezegelt zijn”. Wat Siephonden betreft speelde dat echter niet. In Nederland verdween de behoefte aan schepershonden een eeuw geleden weliswaar totaal maar Siephonden werden slechts sporadisch als schepershond gebruikt. Ook zij waren slim en veelzijdig inzetbaar en vooral gebruikt voor stroperij en hondenraces, zodat het verdwijnen van schepers geen effect had op hun voortbestaan. Zelfs het verbod op de jacht met lange honden in 1923 had dat niet aangezien stropen op zich al verboden was. De mensen die zich ermee verveelden kregen na de oorlog echter andere hobby’s of moesten zich behelpen met FCI-erkende rashonden en dat bezegelde hun lot uiteindelijk definitief.

De laatste 5 vermeldingen bij Delpher.nl zijn van:

28-12-1963: zeer snelle Siephond

15-4-1964:   snelle Siephond

27-12-1965: Siephond, zeer snel, 2 jaar

3-11-1971:   Siephond, liefst teef

 



[i] Het staat derhalve niet in het WNT, dat alle Nederlandse woorden tussen 1500 en 1976 bevat en verklaart.

[ii] Al is het ook een Friese voornaam met de betekenis: zege, overwinning.

[iii] Nieuwsblad van het Noorden d.d. 6-10-1987: “Teddy is al 14 en een asbakkie, een Siephond van het zuiverste water.

[iv] Kocks, G.H., Woordenboek Drentse Dialecten

[v] De Nederlandse Schapendoes, uitgegeven door de VNS.

[vi] Herdersdoes noch Olde Grise komen erin voor! De advertenties stonden in de onderstaande (noordelijke) kranten:

De Courant 2;

De Grootegaster 1;

De Nederlander (1941) 1;

De Noord-Ooster 8;

Drents Dagblad (1944) 3;

Emmer Courant 3;

Friesche Courant 1;

Gereformeerd Gezinsblad 2;

Leeuwarder Courier 2;

Nieuwe Veendammer Courant 1;

Nieuwsblad van het Noorden 340;

Oost-Goorecht 2;

Provinciale Drentsche en Asser Courant 8;

Twentse Courant 4;

Winschoter Courant 3.

[vii] Het bevat berichten vanaf 1618 maar vóór 1874 noemde men honden blijkbaar gewoon zonder meer honden.

Het oudste artikel over honden is van 27-7-1624 en betreft de jood Manasses, die, tot neus bij de benen tussen 2 honden gehangen, zich na enkele uren gehangen en gebeten te zijn, wou bekeren tot de Universele Kerk. Daarnaast bevat het 1.070.818 artikelen over hond, vanaf 17-10-1626, doordat hond ook een achternaam is, een oude landmaat (1 Hond is gelijk aan 16 Morgen) en vaak deel uitmaakt van namen van schepen, herbergen, theatergezelschappen. e.d.

.

Geen opmerkingen: