zaterdag 29 december 2012

Hoogbejaarde honden houden hun hebbelijkheden

Teun begint in februari aan haar vijftiende levensjaar en is daarmee de vijfde hond die me dat geluk bezorgd. Wat me de ervaring verschafte dat er met veel definitief ouderdomsuitval nog jaren goed te leven valt en het daarom vaak erger lijkt dan blijkt. Dat Schapendoezen hoogbejaard worden, is overigens eerder regel dan uitzondering. Al vanaf de beginhonden, waarvan we weten dat i.i.g. Boeloe de 16 haalde. Terug bladerend in de clubbladen kom je regelmatig berichtjes over ze tegen, helaas meestal met slecht nieuws, zodat de indruk gewekt wordt dat hoogbejaarde honden niets dan kommer en kwel zijn. Wat beslist niet zo is maar blijkbaar ontstaat de behoefte iets over een oudje te melden pas als het geen goed nieuws betreft. Terwijl de meeste Schapendoezen toch heel gezond heel oud worden. Die van mij gingen steeds slechter zien, wat nauwelijks problemen gaf, en steeds slechter horen, wat veel lastiger is, vooral als ze ook hun vermogen tot lokalisatie verliezen.  Wat bijv. bij mijn Drakie het geval was. Als ik achter hem liep en hem riep, dacht hij op zijn oude dag dat ik heel ver voor hem uit liep en ging er in galop vandoor.  

Bij Teun merk ik iets soortgelijks. Als ze in de kamer rondloopt en ik roep haar vanuit de keuken, zie ik aan haar kopbewegingen dat ze probeert vast te stellen waar het geluid vandaan komt zonder er in te slagen. Ze houdt haar kop schuin omhoog maar hoe ik ook roep, ze vindt me alleen als ik zorg dat ze me kan zien. Wat ik weer alleen aan haar ogen merk, reden waarom ik al het haar eromheen wegknip. Zien doet ze nog goed en verder mankeert haar lichamelijk nog niets. Veel moeilijker is het in te schatten hoe ze er geestelijk voorstaat. Teun is altijd een nauwelijks te beïnvloeden hond geweest wat haar gedrag betreft ( de reden waarom ik haar kreeg), en nu haar gedrag door haar hoge leeftijd aan verandering onderhevig is, valt het voor mij niet mee te duiden of dat al dan niet een teken van dementie is.

Zo wilde ze ineens niet meer eten. Toen het etenstijd was, liep ze wel blij mee naar de keuken, maar daarna rechtstreeks door naar haar slaapplaats, i.p.v. net zoals Baldr mee naar de plek waar ik hun voer neerzet. Ze kwam op mijn roepen wel naar haar etensbak, maar ze bleef er alleen een tijd naar staan kijken maar eten ho maar. Na een paar dagen begon me dat zorgen te baren. Als ik haar een bot gaf, ging ze er we flink op knagen dus met haar gebit was niks mis, maar eten wilde ze niet meer terwijl ze toch een hongerige indruk maakte en in de tuin voor de vogels bedoelde broodkorsten van mijn buren opvrat. Omdat ik dacht dat het misschien aan het voer lag kocht ik blikvoer, waar ze wel interesse in scheen te hebben bij het openmaken, maar toen ik de etensbakken pakte holde ze subiet weer naar haar slaapplaats. Daarop bedacht ik dat ze misschien bang voor de etensbak was geworden, zodat ik haar met de hand ging voeren, waar ze na drie happen ook genoeg van had. Waarop ik bang werd dat er ergens in haar hersens iets mis gegaan was en ze vergeten was hoe ze moest eten.
Baldr had ik intussen zijn gewone voer gegeven, maar die had door dat Teun iets lekkerders had gekregen dus die wilde zijn brokken niet meer. Aangezien ik niet van plan was op blikvoer over te stappen, liet ik Baldrs eten staan, er van uitgaand dat hij later wel genoeg honger zou krijgen. Zit ik om een uur of tien te Googelen  naar  problemen met verouderende hondenhersenen, hoor ik ineens gerommel in de etensbak, terwijl Baldr naast me op de grond ligt. Staat Teun Baldrs brokken op te eten.
Blijkt dat ze voortaan niet meer om zes uur maar om tien uur eten wil.

woensdag 26 december 2012

Eerste tekenen naderende ouderdomsproblemen

Sinds Baldr mijn zesde hond is die aan het elfde jaar begonnen is (voor een Schapendoes ongeveer tweederde van wat je aan jaren verwachten mag), zie ik de tekenen der naderende ouderdom zich eerder dan ooit tevoren voordoen. In mijn beleving beginnen oude honden op enig moment hun interesse te verleggen van de mensenwereld  naar hun eigen wereld. Ze nemen steeds meer tijd om geuren op te snuiven en laten zich er steeds moeilijker in storen. Ze gaan er als je ze de tijd geeft soms zo in op dat ze vergeten welke kant ze opgingen en dan de verkeerde kant kiezen. Dus op een gegeven moment loop ik niet meer gewoon door als mijn oudste hond ergens blijft staan ruiken, maar blijf op een paar meter afstand een oogje in het zeil houden. 
Nu ga ik en paar maal per week een groep ganzen eten geven tijdens de wandeling met Baldr, wat een paar kilometer lopen langs een wandelpad en daarna een fietspad vergt, voordat de ganzen bereikt zijn, die dan ergens langs het Spaarne grazen. Baldr moet er niets van hebben en blijft altijd binnen het fietspad snuffelen, terwijl ik die ganzen hun brood geeft. Dimaal waren er een paar wat verderop, dus ik liep wat in hun richting en daardoor uit het directe zicht van Baldr. Toen ik na een paar minuten klaar was en terug naar het fietspad liep, zag ik nog net heel in de verte Baldr hollen. Daarna een hele tijd niets, en toen weer heel in de verte een heel snel groter wordend stipje. Later hoorde ik dat hij de hele drie kilometer van het wandelpad terug gehold  was en toen direct weeromkeerde. Behalve een bewijs dat honden echt wel kunnen denken voor mij ook een teken om beter op hem te gaan letten.